Niet autorijden zolang bijwerkingen optreden.
Dit geldt voor de normale therapeutische dosering bij de hoofdindicatie. Bij een hogere dosering kan het effect op de rijvaardigheid worden versterkt.
Ook de aandoening kan een reden zijn om niet te mogen autorijden. Bij ADHD zie hoofdstuk 8.10 en 10.4 van de Regeling eisen geschiktheid 2000. Zie ook www.cbr.nl.
Meer informatie vind je op: www.apotheek.nl
Weinig negatieve invloed op de rijvaardigheid. Dit is vergelijkbaar met een bloedalcoholconcentratie van <0,5 g/l (<0,5‰). Medicijnen uit categorie I hebben weinig invloed op de rijvaardigheid. De eerste dagen kunnen bijwerkingen met een negatieve invloed op de rijvaardigheid optreden. Het advies is om in dat geval geen voertuig te besturen zolang deze bijwerkingen optreden.